Rouwvliegjes bestrijden

Er gaat niets boven het gevoel van een paar nieuwe kamerplanten in je huis, en ze kunnen echt helpen om een kamer bij elkaar te brengen. Maar na verloop van tijd zie je misschien kleine vliegende zwarte puntjes rond de planten hangen.

Dit zijn rouwvliegjes - vervelende kleine zwarte vliegjes die meestal verschijnen na overbewatering omdat ze goed groeien in warme, vochtige omstandigheden - vooral wanneer ze eitjes leggen. Als ze eenmaal verschijnen, zullen ze waarschijnlijk niet vanzelf weggaan, dus het is belangrijk om direct actie te ondernemen om een grotere plaag te voorkomen.

Om Nederlanders te helpen met dit veelvoorkomende probleem, heeft het team van Euroflorist 5 verschillende tips voor het bestrijden van rouwvliegjes uit je kamerplanten - en vooral je huis - die zowel milieuvriendelijk als vrij van chemicaliën zijn


Hoe kun je rouwvliegjes bestrijden: 5 tips

1. Vangplaten

Kleefvallen zijn een effectieve en chemicaliënvrije oplossing voor het verwijderen van rouwvliegjes, en je kunt ze in veel winkels kopen.

Leg ze gewoon bovenop de grond, of bevestig ze aan een cocktailprikker om ze hoger te zetten.

De muggen worden aangetrokken door de felle kleur van de vangplaten en ze helpen om de broedpopulatie van de rouwvliegjes te vangen.

Na een paar dagen zou je de vliegen aan het gele oppervlak moeten zien kleven. Je kunt ze gerust verwijderen en vervangen als je dat nodig vindt. Soms kun je door ze te verwisselen voor nieuwe een indicatie krijgen van hoeveel vliegen er nog over zijn.

 

2. Ververs de potgrond

Je kunt rouwvliegen ook bestrijden door je planten te verpotten, omdat je zo de vochtige grond en wortels verwijdert - de belangrijkste aantrekkers voor de rouwvliegen.

Verwijder hiervoor alle aarde van de wortels van de plant en was ze met schoon, vers water.

Pak dan een nieuwe pot om de plant in te planten. Je kunt ook dezelfde pot gebruiken als die je eerder hebt gebruikt, maar zorg er dan wel voor dat je hem eerst grondig schoonmaakt met een sopje.

Vul tot slot de nieuwe pot met verse aarde of gebruik steriele potgrond.

Zorg ervoor dat je kamerplant specifieke grond gebruikt bij het oppotten van kamerplanten, omdat rouwvliegjes de voorkeur geven aan vochtigere grond die we over het algemeen gebruiken voor buitenplanten.

 

3. Gebruik aardappelschijfjes

Een ongebruikelijk huismiddeltje tegen rouwvliegjes, of in dit geval de larven, is het gebruik van aardappelschijfjes.

Aardappelschijfjes werken omdat de rouwvliegjes worden aangetrokken door het vocht en de voedingsstoffen om zich mee te voeden, dus op deze manier kun je ze uit de grond trekken en gemakkelijk verwijderen. Om dit te doen, snijd je gewoon een paar kleine stukjes aardappel en leg je ze bovenop de potgrond, waarna je het een paar dagen laat liggen.

Na die tijd zou je wat larven moeten zien rondhangen, dus verwijder de aardappel en gooi hem weg. Herhaal dit proces als dat nodig is.

 

4. Gebruik diatomeeënaarde

Diatomeeënaarde is een sterk afweermiddel tegen rouwvliegjes, dus dit is een geweldige optie omdat de substantie vol zit met oliën die de rouwvliegen zullen doden zodra ze zijn opgenomen.

Breng gewoon een laagje aan op de bovenkant van de grond als je plant al in een pot staat, of meng het door de grond tijdens het verpotten.

Binnen ongeveer 1 week zou de populatie rouwvliegjes en larven moeten beginnen te minimaliseren, en na nog een week zou de hele populatie die op je kamerplant leeft moeten ophouden te bestaan.

 

5. Geef je planten bodemwater

Zoals eerder gezegd, verschijnen rouwvliegjes meestal door overbewatering en leven ze aan de bovenkant van de grond van je plant.

Om het vochtgehalte tot een minimum te beperken, kun je je planten vanaf onder water geven. Zo voorkom je dat het oppervlak van de grond te vochtig wordt en verminder je het risico op rouwvliegjes, omdat de wortels het water direct kunnen opnemen.

Vul hiervoor een pot tot halverwege met water en zet je plant er ongeveer een half uur in. De afvoergaten moeten het water van de bodem opzuigen, waardoor de plant de perfecte hoeveelheid vocht krijgt, zonder dat de rouwvliegjes vochtige grond aan de bovenkant krijgen om in te leven.