Narcis

Narcissen zijn iconische lentebloemen die bekend staan om hun heldergele of witte trompetvormige bloemen die de komst van warmere dagen aankondigen. Ze symboliseren vernieuwing, hoop en voorspoed, waardoor ze een populaire keuze zijn voor lentevieringen en bloemarrangementen. Narcissen komen oorspronkelijk uit Europa en Noord-Afrika, zijn gemakkelijk te kweken en worden gekoesterd om hun vermogen om te verwilderen en jaar na jaar terug te komen. Door hun vrolijke uiterlijk en levendige kleuren zijn ze de favoriet voor de lente in tuinen, bloemboeketten en seizoensdecoraties.


daffodil
Fact icon

ALGEMENE NAAM

Narcis

Fact icon

BOTANISCHE NAAM

Narcissus spp.

Fact icon

OORSPRONG

Europa en Noord-Afrika

Fact icon

MENSEN NOEMEN HET OOK

Jonquille, Narcis, Vastenlelie

Fact icon

BLOEITIJD

Vroeg tot laat in het voorjaar (maart tot mei)

Fact icon

STANDPLAATS

Volle zon tot halfschaduw

Fact icon

SYMBOLIEK

Vernieuwing, hoop, voorspoed, wedergeboorte

Verzorgingstips voor narcissen in een vaas

Apart behandelen: Narcissen geven een sap af dat schadelijk kan zijn voor andere bloemen. Laat ze een paar uur alleen in water staan voordat je ze mengt met andere bloemen.

Stelen afknippen: Snijd de stelen schuin af voordat je ze in vers water zet.

Gebruik vers water: Vervang het water dagelijks om de bloemen gehydrateerd te houden en sapophoping te voorkomen.

Vermijd hitte en direct zonlicht: Zet de vaas op een koele plek uit de buurt van direct zonlicht en tocht.

Gescheiden houden van ethyleenbronnen: Houd narcissen uit de buurt van rijpend fruit, dat ethyleengas afgeeft en hun levensduur kan verkorten.

Symboliek en betekenis

Narcissen zijn krachtige symbolen van vernieuwing en hoop, die vaak worden geassocieerd met de lente en een nieuw begin. Hun heldergele bloemen worden in verband gebracht met geluk en optimisme, terwijl witte narcissen zuiverheid symboliseren. In sommige culturen zijn ze een symbool van voorspoed en geluk, omdat ze zegeningen brengen als ze in de lente bloeien. Narcissen zijn ook de nationale bloem van Wales en worden vaak geassocieerd met St. David's Day.

Soorten narcissen

Narcissen zijn er in verschillende vormen:

- De trompetnarcis is het meest herkenbaar, met een lange centrale trompet omringd door zes bloemblaadjes.

- Dubbele narcissen hebben lagen bloemblaadjes voor een vollere, meer dramatische uitstraling.

- Dwergnarcissen, zoals 'Tête-à-Tête', zijn kleiner en ideaal voor potten en compacte ruimtes.

- Split-Corona Narcissen hebben geplooide, open trompetten die een unieke, frêle uitstraling geven.

Met hun diversiteit in grootte, vorm en kleur bieden narcissen eindeloze mogelijkheden om tuinen op te fleuren of om een mooi narcissenboeket te maken.

Veelgestelde vragen over narcissen

 

Plant narcissenbollen in de herfst (september tot november), ongeveer 6-8 weken voor de eerste vorst. Zo kunnen de bollen wortels vormen voor de winter.

 

  • Kies een zonnige of gedeeltelijk beschaduwde plek met goed doorlatende grond.
  • Graaf gaten van 10-15 cm diep en zet de bollen ongeveer 7-15 cm uit elkaar.
  • Plaats de bollen met de punt naar boven en bedek ze met aarde. Geef grondig water na het planten.

 

  • Schets de omtrek: Begin met een klein ovaal voor de trompet (middelste deel) en een grotere cirkel eromheen om de plaatsing van de bloemblaadjes te begeleiden.
  • Teken de trompet: Voeg details toe aan het ovaal door de randen uit te breiden tot een gerimpelde, trechterachtige vorm.
  • Voeg bloemblaadjes toe: Teken zes langwerpige, puntige bloemblaadjes rond het midden, gelijkmatig verdeeld.
  • Details verfijnen: Voeg nerven toe op de bloemblaadjes en textuur op de trompet voor meer realisme.
  • Teken de stengel en bladeren: Verleng een lange, rechte stengel naar beneden en voeg smalle, gebogen bladeren toe.
  • Schaduw of kleur: Gebruik geel voor de bloemblaadjes, oranje voor de trompet en groen voor de stengel en bladeren.

 

Dit is wat je met je narcissenbol moet doen als ze uitgebloeid zijn:

  • Ontbladeren: Verwijder resterende bloemen om zaadproductie te voorkomen, maar laat het loof intact.
  • Laat het loof afsterven: Blijf de plant water geven en voeden totdat de bladeren geel worden en op natuurlijke wijze afsterven.
  • Bewaren of herplanten:
  • Als je de bollen in potten bewaart, verplaats de pot dan naar een koele, schaduwrijke plek.
  • Als je ze opnieuw plant, zet ze dan op een tuinbed of bewaar ze tot het volgende plantseizoen.

 

Herfst (september tot november): Plant bollen in potten in dezelfde periode als in de tuin om ze te laten wortelen voor de winter. Gebruik goed waterdoorlatende potgrond en plant de bollen op een diepte van 10-15 cm. Zet de pot op een zonnige, vorstvrije plek.

 

  • Na het rooien: Graaf bollen op nadat het loof volledig is afgestorven (meestal laat in het voorjaar of vroeg in de zomer).
  • Schoon en droog: Borstel grond af en verwijder beschadigde of zieke bollen. Laat ze een paar dagen drogen op een koele, schaduwrijke plek.
  • Bewaren: Bewaar bollen in een luchtdoorlatende bak (zoals een gaaszak of doos) met droog veenmos of zaagsel om vochtophoping te voorkomen. Bewaar ze op een koele, donkere en droge plek tot het planten in de herfst.

 

Het kan zijn dat je narcissen worden opgegeten door ongedierte.

Veel voorkomend ongedierte is onder andere:

  • Slakken: Dit ongedierte kauwt op de bloemblaadjes, vooral bij vochtig weer.
  • Herten en konijnen: Hoewel narcissen over het algemeen giftig zijn en vermeden worden, kunnen hongerige dieren eraan knabbelen.
  • Insecten: Tripsen of bolvliegen kunnen narcisbloemen beschadigen, hoewel ze het vooral gemunt hebben op de bollen of stengels.

Preventietips:

  • Gebruik slakkenvallen of barrières.
  • Besproei planten met insectwerende middelen.
  • Controleer regelmatig op tekenen van insectenplagen en behandel ze indien nodig met geschikte insecticiden.

Zie ook